Na het bezoek aan het Frederiksborg Slot wilden we het museum Louisiana bezoeken. Toen we daar aankwamen kregen we een kleine teleurstelling te verwerken, het museum bleek op maandag gesloten. We zijn daarom doorgereden naar onze laatste bestemming voor deze dag: Jægersborg Dyrehave. Dit is een bosgebied ten noorden van Kopenhagen dat in 1669 is ingericht als koninklijk jachtgebied. Volgens onze reisgids had je een goede kans om er ook nu nog herten te zien. En dat was meer dan waar, je moest werkelijk blind zijn om hier geen herten te zien.
Bij de ingang van het jachtgebied staat een huis met een voor onze Nederlandse oren een merkwaardige naam, het bleek een boerderij te zijn.
Al heel snel kregen we een eerste groep herten in het vizier. Het waren sikaherten, een soort die uit Oost-Azië komt en in Europa op diverse plaatsen is geïmporteerd. Ondanks de drukte in het park liepen ze gewoon in de buurt van het pad en staken soms zelfs over tussen alle bezoekers door.
Midden in het hertenkamp staat een jachtslot Eremitageslottet en dat was omringd door steigers en doeken zodat er vrijwel niets van was te zien.
De hellingen en trappen naar het slot worden bewaakt door een zestal sfinxen, in dit geval vrouwelijke sfinxen dat betekent dat ze afkomstig zijn uit de Griekse mythologie.
Wij waren aan de westkant het park ingelopen, loop je dan voorbij het jachtslot dan kom je al snel bij de Sont, de zeestraat tussen Denemarken en Zweden.
De grootste groep herten die we zagen in het park waren damherten. Het eerste groepje lag in de schaduw in het gras. Iets later zagen we op de open vlakte veel grotere groepen damherten. Er liepen ook een aantal witte herten in deze groepen.
We zagen een heleboel veldleeuweriken die zingend vrijwel verticaal omhoog vlogen om daarna weer af te dalen. Het was me in Nederland nog niet gelukt om deze soort te fotograferen, hier lukte het wel, zij het dat het geen prijswinnende foto's zijn geworden.